Henk Blöte (1943-2022)
Hendrik Willem Jan (Henk) Blöte begon zijn studie in Leiden in de scheikunde, maar tijdens zijn studie werd hij meer aangetrokken tot de natuurkunde. Dat leidde tot een promotie in de experimentele natuurkunde. Hoewel een knutselaar in hart en nieren vormde hij, na zijn promotie, zichzelf om tot theoreticus. In het begin van de jaren 70 kwam Henk als postdoc naar Delft. Het was voor ons in Delft een zeker risico, deze selfmade theorieman, maar de aanbevelingen uit Amerika, waar Henk postdoc was, waren goed en Henk was een schot in de roos. Het klikte meteen tussen Henk en Peter Nightingale en dat leidde tot de ontwikkeling van de finite size methode, waarin exacte resultaten voor kleine systemen geëxtrapoleerd worden naar de thermodynamische limiet. En die samenwerking werd voortgezet in een levenslange vriendschap, met vele zomerse bezoeken van Henk en Anke aan Peter in Rhode Island, en omgekeerd. Een parel van deze samenwerking is het beroemde artikel van Blöte, Cardy en Nightingale, waarin, via conformal invariance, het verband gelegd wordt tussen de central charge van de kritieke punt en de finite size corrections van de vrije energie. Dat artikel werd het meest geciteerde artikel van de Nederlandse fysici in 1986 (inmiddels ruim 1600 keer geciteerd).
In die jaren had Henk een mooie tijd in Delft. Het vakgebied was in full swing en de groep kende veel getalenteerde medewerkers. Ook sociaal was het leuk. Er was een soort mos dat je mee moest doen aan schaats-uitjes als het 's winters vroor en dat gebeurde toen nog regelmatig. Henk genoot daarvan, maar dat gold niet voor iedereen. Er waren postdocs die het op de Rottemeren niet verder brachten dan naast hun schaatsen van het ene café naar het andere te lopen. Om de conditie erin te houden was er ook iedere zaterdagmorgen op de Uithof in Den Haag een "schaats seminarium". Menig buitenlander presteerde daar verbazingwekkend goed, gezien de late leeftijd waarop ze het leerden.
Postdoc is een mooie baan die veel vrijheid geeft, maar het is eindig. Dus Henk moest na verloop van tijd naar iets anders uitzien. Ook toen al was er de druk om maatschappelijk relevant te zijn. Zo belandde Henk op het Laboratorium voor Grondmechanica waar hij zich in klei moest verdiepen. Dat lag hem in het geheel niet en hij onderhield het contact met de theoriegroep in Delft. Toen er daar weer een opening kwam als postdoc nam hij die aanstelling graag aan, ook al was er in het geheel geen uitzicht op een vaste baan. Die baan kwam er uiteindelijk toch in de Computational Physics groep, een wat onsamenhangend gezelschap waarin de computer het bindende element was. Henk heeft zich toen o.a. intensief bezig gehouden met het bouwen en gebruiken van de Ising machine, die alleen Ising systemen kon simuleren maar daardoor de algemene computers versloeg in geheugen en rekentijd. Het Ising model en de vele varianten daarop zijn een centraal thema in het werk van Henk.
Allengs viel de groep statische fysica uit elkaar en brak voor Henk een moeilijke tijd aan in Delft. Toch hield hij stug vol. Als voorbeeld van zijn vasthoudendheid noem ik het college Algemene Relativiteits Theorie. U vraagt zich terecht af wat dat nu met Statistische Fysica heeft te maken. De docent die het in Delft gaf, viel uit en er was niemand die het geven kon. Maar de Delftse ingenieurs willen toch graag alles weten van zwarte gaten en zo, dus Henk nam die taak op zich. Hij moest zich wel eerst bekwamen in het vak, maar dat sloot goed aan bij zijn grote interesse voor sterrekunde. Hij was een onuitputtelijke vraagbaak op vragen over sterren, planeten en ruimte telescopen. Hij heeft ook zelf een telescoop gebouwd waarmee je de ringen van Saturnus kon zien als het meezat met de atmosfeer.
De situatie in Delft werd voor Henk aanzienlijk beter toen hij aangesteld werd als bijzonder hoogleraar in de theoretische natuurkunde in Leiden vanwege het Lorentzfonds. Niet alleen was dat een erkenning van zijn wetenschappelijke verdiensten, maar ook de gelegenheid voor hem om een dag in Leiden te zijn en daar college te geven. In plaats van met de auto in de file naar Delft, ging hij op de fiets door de weilanden naar het Instituut-Lorentz. Maar bovenal betekende het dat hij nu zelf als promotor kon optreden van de promovendi die hij begeleidde.
Na zijn pensionering draaide Henk de rollen om: hij ging nu alle vijf dagen naar Leiden en bleef gewoon doorwerken. In de loop der jaren had hij, met name door Ankes belangstelling voor China, een vruchtbare samenwerking met Chinese studenten ontwikkeld en een aantal van hen tot een promotie begeleid. Henk en Anke spreken Chinees. Die connectie met Delft en Leiden werd van Chinese kant zeer gewaardeerd. Voor zijn 75-ste verjaardag werd voor hem door zijn oudleerlingen in China een congres georganiseerd!
De Corona pandemie was een ruwe onderbreking van het aangename leven van dagelijks werken op het Instituut-Lorentz. Om contact met elkaar te houden organiseerde Bernard Nienhuis wekelijkse online sessies. Bernard, Henk en ondergetekende waren de vaste kern, met regelmatig gasten. Ruim anderhalf jaar hebben we gedrieën op dinsdag en vrijdag een uur met elkaar gesproken over het vak, de politiek, de opwarming van de aarde, de Corona pandemie, de oorlog in Oekraïne en welk probleem zich maar voor deed. Ondanks het feit dat Henk verlamd raakte aan zijn benen bleef hij erbij, ook toen hij een tijdje in een revalidatie centrum moest verblijven. Alleen de laatste week moest Henk het afzeggen omdat hij weer in het ziekenhuis was opgenomen. We konden toen niet vermoeden dat zijn dood zo snel zou volgen.
Henks werk lag op het terrein van het numeriek testen van modellen. Zijn werk muntte uit in degelijkheid en betrouwbaarheid. Henk was prettig in de samenwerking, altijd bereid om het vuile werk te doen. Hij gaf niet hoog op van zijn werk en was conservatief in het schatten van de foutenmarges. Dat paste ook bij zijn levenshouding: verantwoord conservatief, in de zin van "behoud wat goed is". Zijn zorg voor het klimaat was groot en dateert van al heel lang geleden.
Met Henk verliezen we een toegewijd en behulpzaam collega, een vraagbaak op vele terreinen zoals scheikunde, ruimteteloscopen, zwarte gaten en het maken van wijn. Wij zullen hem zeer missen.
Dat hij ruste in vrede.
J.M.J. van Leeuwen